• Jan van Loo
  • Leerling verzorgende

"Nooit te oud om iets nieuws te leren"

Opgegroeid op een melkveeboerderij in Ermelo. Tot een paar jaar geleden chef werkplaats in een autogarage. En nu is Jan van Loo (60) bijna klaar met de opleiding Verzorgende IG. Het leven loopt soms anders dan gedacht: “Maar je bent nooit te oud om te leren. Ik zit nu helemaal op mijn plek.”

‘Jullie kunnen bij ons thuis komen’, stelde Jan eerder deze week voor toen we de afspraak voor het interview maakten. Toch raken we even in lichte verwarring als we het opgegeven adres naderen en langs verpleeghuis de Oranjehof komen; die zit namelijk pal om de hoek! Maar we zitten hier goed. Als we de hal van het gezellig ingerichte appartement binnenstappen, heeft Jans echtgenote Petra de koffie al klaarstaan.

Het grootste compliment over zijn werk als Verzorgende IG kreeg Jan een tijdje geleden. Tijdens een bijeenkomst inzake de overstap op een nieuw computersysteem, werd hij af en toe naar de afdeling geroepen om één van de bewoners te helpen. ‘Het lijkt wel of je met je eigen vader of moeder loopt, zo warm en zorgzaam ga jij met de mensen om’, zei degene die het nieuwe computersysteem implementeerde tegen hem. “Zo’n opmerking maakt me blij ja”, zegt Jan, “want het is precies waar ik voor sta. Ik wil mensen niet alleen zorg bieden, ik wil hen het gevoel geven dat ze er nog mogen zijn, dat ze gezien worden. Precies zoals je dat voor je eigen ouders ook wil.”

Automonteur

Jan groeide op op de melkveeboerderij van zijn ouders. “In het Gelderse Ermelo.” Daar het in de lijn der verwachtingen lag dat hij de boerderij op een dag over zou nemen, studeerde hij aan de landbouwschool. “Mijn vader deed alleen weinig met de boerderij, het was weinig spannend en vernieuwend, dus toen ik ouder werd koos ik een ander pad.”
Hij werd automonteur in Barneveld, waar hij zich in de loop der jaren opwerkte tot chef werkplaats. “Ik was niet eens een groot liefhebber van auto’s. Ik ben in het vak gerold en heb er tot een paar jaar geleden met veel plezier in gewerkt. In de loop der jaren werd duidelijk dat ik een mensenmens ben.”

Het leventje van Jan veranderde toen hij na zijn scheiding Petra ontmoette, via online daten. Mede door de crisis op de huizenmarkt en het kwakkelen van de moeder van Petra, besloot het stel zich samen in Rotterdam te vestigen. Voor Jan betekende dit dat hij elke ochtend voor zevenen in de auto zat om op tijd op de werkplaats te zijn en pas rond negen uur ’s avonds weer thuiskwam.
“Geen doen”, zegt hij. “Ik werd het heen en weer reizen zat. Dus toen er een vacature kwam hier in de buurt bij een autodealer, solliciteerde ik direct. Ik werd aangenomen en kreeg een jaarcontract.” Hij zwijgt even en kondigt daarmee onbewust het grote keerpunt in zijn loopbaan aan. “Ik had echt gedacht mijn tijd daar vol te maken, maar tot mijn grote frustratie stond ik na een jaar op straat. Na 38 jaar gewerkt te hebben.”

Duimen draaien

Jan is geen type om bij de pakken neer te zitten. Thuis zitten en duimen draaien is niet aan hem besteed. “Ik ben eerst op de wijkbus gaan rijden en ben, hier om de hoek bij de Oranjehof, vrijwilliger geworden. Gewoon binnengestapt en gevraagd of ik iets kon betekenen. En dat kon! Wandelingen maken met mensen in een rolstoel, koffie drinken – ik vond het heel erg leuk. Het zit in mijn aard om een stap verder te willen, dus ik solliciteerde op een functie als zorghulp. Niet veel later kwam het verlangen om te ervaren hoe het is om als verzorgende te werken. Na een aantal malen op proef te hebben meegelopen, werd mij de opleiding Verzorgende IG aangeboden! Geen moment spijt gehad en ik waardeer het dat mijn leidinggevende het aandurfde, met een ouder iemand. Ik moet nog één jaar, dan ben ik officieel Verzorgende IG.”

Ik zit nu helemaal op mijn plek

Oude rot

Met zijn 60 jaar is Jan de oudste leerling en enige man van zijn klas. “Er zit een meisje van – nu – 19 jaar in de klas, maar ook dertigers en veertigers. Ik ben niet de enige die geswitcht is. Je leert van elkaar en op de werkvloer heb je een heel divers gezelschap aan personeel rondlopen.”
Op de werkvloer wordt hij weleens gezien als een oude rot in het vak. Lastig? “Soms, maar ik zie mijn leeftijd ook als een kracht. Ik heb ervaring met oude mensen, met alzheimer… Mijn vader overleed in januari dit jaar – dat was heel verdrietig en ik heb het van dichtbij meegemaakt. Ik ben daarnaast lichamelijk nog best sterk en-” Hij stopt middenin een zin als Petra hem een voorzetje geeft. Vervolgt dan: “Vooruit, als ik iemand in bed om moet draaien, landen ze zacht tegen mijn toch wat dikker geworden buik.” Hij lacht hartelijk en Petra slaat een paar keer op zijn been.

Petra zou het niet kunnen, stelt ze. Mensen verschonen, doorligplekken… Zelf is ze laborant op de afdeling cardiologie van het Erasmus MC. Jan vindt het niet erg om mensen te verschonen. “Tuurlijk was het even wennen, die ontlasting, doorligwonden die verschoond moeten worden… Maar het is al ‘onterend’ genoeg – ik wil mensen dan juist laten merken dat ik het niet erg vind om hen te helpen, dat dat nu juist mijn werk is. Daar ben ik voor!”

Het lastigste vindt hij het leed. En het afscheid. Mensen wonen hier in de laatste fase van hun leven, ze komen te overlijden, soms hebben ze het zwaar door een almaar verergerend ziektebeeld of zijn ze eenzaam. Ik zie het echt als mijn taak hen op te vrolijken.” Het is niet moeilijk voor te stellen hoe de vriendelijk Jan dit doet. “Eigenlijk door gewoon mezelf te zijn.”

Doorleren

Mist hij de garage weleens? Hij lacht: “Nee. Ik zit nu helemaal op mijn plek. Straks heb ik mijn diploma, dan ga ik me nog meer verdiepen in mensen met dementie, zodat ik ze nog beter kan helpen. Ik heb nog gedacht om door te gaan voor verpleegkundige maar eigenlijk is dat iets teveel van het goede voor die paar jaar. Wel wil ik misschien opleider worden, dat lijkt me heel leuk.” Hij zwijgt even als hem iets te binnen schiet: “Weet je wat grappig is? Dat het werk op een bepaalde manier overlapt. Als chef werkplaats werkte ik ook altijd met mensen. Ik sleutelde allang niet meer aan auto’s maar stond als het ware tussen de klanten, de werkplaats en de managers in. Soms was er iets met een auto waardoor die niet op tijd klaar was, dan moest er van alles geregeld worden zodat een klant toch op tijd op zijn afspraak was. Nu ben je soms met een bewoner bezig, en is er onderwijl iemand anders die op dat moment verschoond moet worden. Dan moet je dat ook regelen. Ik doe het met liefde en hoop het nog jaren te mogen blijven doen.”